Dinosauriërs in film: voor het publiek van vroeger stond het evenzeer garant voor enerverende actie en visueel spektakel als voor het publiek van vandaag.
De representatie van de dinosaurus in films doorloopt in honderd jaar geschiedenis een minstens even rigoureuze evolutie als de dinosauriërs zelf doormaakten in de 160 miljoen jaar dat zij de aardkloot regeerden. Als we de verschillen in cinematografische weergave van vroeger naast die van nu leggen, kan op zijn zachtst gezegd worden dat ons denken over hoe de beestjes er uitzagen zeer ingrijpend is veranderd. Tegelijkertijd toont het weergeven van dinosauriërs op celluloid niet alleen een geleidelijke verandering in hoe de mens kijkt naar vroegere diersoorten, maar ook een evolutie in de technologie die nodig was om hen door de jaren heen voor de toeschouwer overtuigend genoeg nieuw leven in te blazen. Dit, en de immer aanhoudende populariteit van de dinosauriërs, geeft aan dat ook een definitief begrip als 'uitsterven' relatief kan zijn. Gelet op de toename van het aantal dino-gerelateerde films (PixarsThe Good Dinosaur,Transformers: Age of Extinction,Jurassic Worlden het recent verschenenWalking with Dinosaurs 3D) zet MovieScene een aantal van de meest memorabele dinosaurusfilms in chronologische volgorde op een rij. Hoewel in sommige films dinosauriërs niet de hoofdrol vertolken zijn het toch deze prehistorische wezens die het meest tot de verbeelding spreken.
10 - Gertie the Dinosaur(1914)
Gertie de Brontosaurus* heeft de eer de allereerste dinosaurus te zijn die over het witte doek mocht rondhuppelen. En dankzij de simpele animatietechnieken van animatiepionier Winsor McCay is dat precies wat ze doet, ook al lijkt het onaannemelijk dat haar gigantische tegenhangers uit het Jura-tijdperk dezelfde souplesse konden opbrengen. Dat ze ontzettend veel aten, staat echter buiten kijf, maar zo gulzig als Gertie zullen ze niet geweest zijn. De kans dat ze bovendien ooit een mammoet hebben ontmoet of naar de bevelen van een mens geluisterd zullen hebben, is praktisch nihil, maar dit zijn de vrijheden die men zich in animatie kan veroorloven. McCay maakte er goed gebruik van om van Gertie een charmante, betoverende verschijning te maken die zonder moeite de harten van het publiek stal. Hoewel niemand haar voor echt zal hebben aangenomen, was de korte film, dankzij het feit dat animatie voor het medium film nog in de kinderschoenen stond, maar ook vanwege McCay's naturalistische kijk op zijn creatie (ademend en voorzien van bewegende spiermassa) destijds toch een technisch hoogstandje te noemen dat latere animators tot inspiratie diende.
*Overigens is de naam Brontosaurus al sinds 1903 incorrect: de juiste naam luidt Apatosaurus. Wegens optredens in films als The Lost World is de naam echter overheersend in populair gebruik gebleven.
9 - The Lost World(1925)
Animatie van een geheel andere orde zien we in de eerste lange speelfilm waarin dinosauriërs de hoofdattractie vormen. In de eerste bewerking van de roman van Arthur Conan Doyle (de beroemde auteur achter Sherlock Holmes) gebruikt animatiepionier Willis O'Brien stop-motion om zijn prehistorisch gedierte tot leven te wekken. Deze techniek had hij al eerder ingezet voor diverse korte filmpjes waarin eveneens een hoofdrol voor dino's was weggelegd, maar voorThe Lost World maakte hij er grootschalig gebruik van en verfijnde hij zijn technieken tot voor die tijd ongeëvenaard resultaat. Doyle zelf was al gauw overtuigd van de kunde van O'Brien, en leende zijn testmateriaal voor een geslaagde practical joke waarin hij een congres illusionisten op het verkeerde been zette door te insinueren dat de getoonde beelden via bovennatuurlijke wijze heuse voorhistorische schepselen toonden (ook al klinkt dit een modern publiek onwaarschijnlijk in de oren), een stunt die zelfs de voorpagina's haalde. Uiteraard hield deze leugen geen stand, maar toen de waarheid boven water kwam leverde het de film uitstekende publiciteit op, en The Lost Worldwerd een groot succes. Het einde van de film wijkt wel af van het oorspronkelijke boek: in plaats van een Pterodactylus wordt hier een enorme Brontosaurus naar Londen verscheept, die uiteraard losbreekt en vervolgens flinke schade aanricht. Het was als zodanig de eerste 'monster on the rampage' film, ongetwijfeld een bron van inspiratie voor latere films met een soortgelijk thema, zoals menig sciencefictionfilm uit de vijftiger jaren met gemuteerde giganten alsmede hun Japanse 'Kaiĵu' tegenhangers alsGodzilla. Voor O'Brien was het vooral een oefening voor zijn eigen King Kongacht jaar later. Het uiterlijk van O'Briens dinosauriërs is duidelijk geïnspireerd door de schilderijen van de beroemde Charles Knight, die in de eerste helft van de twintigste eeuw de standaard zette voor het dominante beeld van de dinosaurus: log, dom en traag. De dinosauriërs inThe Lost World zijn lompe beesten die zich met niets anders dan eten bezighouden. Exemplarisch is de Tyrannosaurus die in de film het ene na het andere dier verslindt. Desondanks laat O'Brien ook ruimte voor vertedering, gelet op de schattige babydino's en het droeve lot van de Brontosaurus. Er zouden nog vele herinterpretaties vanThe Lost Worldgeschoten worden, waarvan de meeste films het zowel qua kwaliteit als in technisch opzicht bij lange na niet haalden bij dit baanbrekende origineel.
8 - King Kong(1933)
O'Briens creatieve hoogtepunt volgde in 1933 met de release van de klassieker King Kong, een hervertelling van het 'schoonheid en het beest' motief. Uiteraard stak hij de meeste moeite in het tot leven wekken van de titelfiguur, de reuzengorilla Kong, die gefascineerd raakt door de knappe Ann Darrow (de legendarischescream queenFay Wray). Deze confrontatie met de Westerse beschaving kost hem uiteindelijk zijn vrijheid en zijn leven, als hij naar New York wordt getransporteerd om tentoongesteld te worden, losbreekt, en uiteindelijk in één van de meest iconische scènes uit de filmgeschiedenis van het Empire State Building wordt geschoten. Alles voor de liefde voor een vrouw. Voordat hij naar Amerika wordt gebracht, is hij echter heer en meester over Skull Island, een oerwoudwoestenij bevolkt door allerhande gevaarlijke creaturen, waaronder de nodige dinosauriërs die ook wel trek hebben in een schone blondine. En met dat gegeven kon O'Brien zich qua stop motion volledig uitleven. Het hoogtepunt vormt het ruige gevecht tussen Kong en een monsterachtige Allosaurus, dat bij vlagen doet denken aan een bokswedstrijd en zo O'Briens eigen achtergrond als bokser verraadt. Waar O'Brien voorThe Lost Worldnog gebruik maakte van de toenmalige heersende paleontologische opvattingen over dino's, gunt hij zichzelf voor deze film aanzienlijk meer vrijheid en geeft hij zijn creaties allerlei fantastische eigenschappen mee om het fantasy-gehalte van de film te onderstrepen. Zo is de Allosaurus opmerkelijk dik gepantserd, is de doorgaans vegetarische Brontosaurus niet vies van een hapje matroos en heeft het zeereptiel Plesiosaurus meer weg van een wurgslang, maar dan met flippers. O'Briens fantasie reikte oorspronkelijk nog een stuk verder, maar menige monsterscène sneuvelde gedurende de productie. Wel gefilmd en vertoond was een gewelddadige sequentie waarin een groep ongelukkige matrozen in een diepe afgrond belandt en vervolgens opgepeuzeld wordt door walgelijke reuzeninsecten, maar die scène bleek te schokkend voor het publiek van 1933 en werd na de eerste vertoning verwijderd. Sindsdien geldt dit verloren materiaal als de beroemdstedeleted sceneuit de filmgeschiedenis. Ook al spelen de dinosauriërs en andere monsters een bijrol, ze blijven garant staan voor enkele van de meest enerverende scènes uitKing Kong, waardoor de film toch met recht een dinosaurusfilm genoemd mag worden. De eerste remake uit 1976 liet de dinosauriërs helaas links liggen en concentreerde zich uitsluitend op de aap, wat ongetwijfeld een reden is dat die film zo teleurstelde. Peter Jackson herintroduceerde de uitgestorven beestjes echter met groot succes in zijn eigen remake uit 2005 (zie verder in deze lijst). O'Brien kon het succes vanKing Kongin zijn verdere carrière niet meer evenaren: een koddig vervolg getiteldSon of Kong(ook in 1933), een samenwerking met zijn protegé Ray Harryhausen voorThe Animal World (1956), Irwin Allens nieuwe versie vanThe Lost World (1960)... dinosauriërs bleven met dergelijke producties een wezenlijk onderdeel van zijn werk, maar het niveau vanKing Kongwist hij niet meer te behalen.
7 - Fantasia(1940)
Met de animatie van Disney'sFantasiakeren we weer terug naar technieken die hun oorsprong vonden inGertie the Dinosaur, maar anno 1940 aanzienlijk geavanceerder waren geworden. Het imago van de dinosauriërs is echter niet mee geëvolueerd, aangezien de dieren lomper en dommer zijn dan ooit en hoofdzakelijk als logge vleesmassa's worden geportretteerd. Niet het soort dieren dat je verwacht sierlijk mee te zien bewegen op dramatische orkestrale muziek. Onder de begeleiding van het muziekstukThe Rite of Springvan Igor Stravinsky toont Disney haar publiek het ontstaan van het leven op onze planeet, volgens de destijds heersende wetenschappelijke theorieën. In het verre uitspansel wordt onze blik naar de woeste Aarde gewend, een bar oord dat langzaamaan gevormd wordt door water en vuur, waardoor zich leven in de oceanen ontwikkelt. Vervolgens evolueert dit leven in sneltreinvaart – het stuk duurt immers amper 20 minuten – wat resulteert in het tijdperk der reptielen. Diverse soorten dinosauriërs leven en sterven op de maat van de prachtige muziek en een woest gevecht tussen een T-Rex en een Stegosaurus vormt het hoogtepunt. Hoewel de animatie een technisch hoogstandje van die tijd is en vooral de landschappen bij vlagen spectaculair zijn, worden er allerhande dinosauriërs op één hoop gegooid en zien we soorten samenleven die in de realiteit door honderden miljoenen jaren gescheiden waren. Het is überhaupt moeilijk voor te stellen dat deze groep slome, hersenloze dieren de wereld 160 miljoen jaar geregeerd zou hebben. Ze lijken vanaf het eerste moment gedoemd uit te sterven. Het segment eindigt niet voor niets met de dramatische dood van de dinosauriërs, maar laat onvermeld wat er daarna gebeurde, namelijk de opkomst van de zoogdieren en onze eigen soort. Het is goed mogelijk dat Disney niemand voor het hoofd wilde stoten door mee te gaan met Darwins evolutietheorie die zegt dat de mens afstamt van primaten, een concept dat toentertijd nog lang niet zo algemeen aanvaard was als vandaag de dag. Stilistisch gezien was het geen slechte keuze te eindigen met een dergelijk emotionele scène die de dino's, hoe onbehouwen ook, wel degelijk onze sympathie gunt. Tegelijkertijd is de kale, levenloze planeet die overblijft een vrij negatieve noot om dit stuk, dat zo hoopvol begon, mee te laten eindigen.
Disney was naFantasianog niet klaar met de dinosaurus, getuigeDinosauruit 2000: zowel qua techniek (digitale animatie) als wetenschappelijke accuratesse overstijgt die filmFantasiaveruit, maar opvallend genoeg niet qua charme en emotie.
6 - One Million Years B.C. (1966)
Willis O'Briens meest beroemde fan was ongetwijfeld Ray Harryhausen, die na het zien vanKing Kong op jonge leeftijd besloot ook stop-motion animator te worden. Uiteindelijk werkte hij zich omhoog tot de onbetwiste grootmeester van deze kunst en leverde hij technisch hoogstaande effectsscènes op voor diverse klassieke fantastische films alsJason and the Argonauts(1963) enClash of the Titans(1981). Ook kreeg hij ruimschoots de kans zijn liefde voor dinosauriërs, aangewakkerd door de wezens in King Kong destijds, te botvieren. Waar hij in zijn eerste solo-project,The Beast from 20,000 Fathoms(1953), nog een fictief hagedisachtig monster als dinosaurus opvoerde, bleef hij in Hammer Studios'One Million Years B.C.dichter bij de wetenschappelijke opvattingen over dino's, die een stuk sneller en natuurlijker overkomen dan voorheen. In elk ander opzicht is er echter niets realistisch aan deze film, die een oertijd tentoon spreidt waarin de vroege mensheid en de dinosauriërs tijdgenoten zijn. De holbewoners – die geen Engels spreken, maar een curieus holbewonertaaltje – zijn verdeeld in twee stammen, één waar alleen het recht van de sterkste geldt en een andere waar samenwerking het devies is. De film ontwikkelt zich tot een liefdesgeschiedenis waarbij een meisje (de adembenemende schoonheid Raquel Welch) van de ene en een man van de andere clan een romance beginnen tegen de achtergrond van een stammenconflict en tegelijkertijd moeten zien te overleven te midden van al het prehistorisch gespuis dat hun omgeving onveilig maakt. De film vormt een terugkeer naar het type avonturenfilm dat O'Brien schiep metThe Lost WorldenKing Kong, waar mensen en prehistorische monsters met elkaar in conflict raken, met spectaculaire resultaten. Die worden uiteraard geleverd door Harryhausens tongstrelende stop-motion effecten, niet door het simplistische verhaaltje of het campy acteerwerk. Een groots gevecht tussen een Triceratops en een Ceratosaurus met de twee protagonisten er tussenin gevangen en een duel met een hongerige jonge Allosaurus vormen de hoogtepunten, waarbij Harryhausen zijn meesterschap bevestigt. Zelden levert stop-motion overtuigender interactie tussen mens en dinosaurus op dan in deze film.
5 - The Valley of Gwangi(1969)
Harryhausen overtrof zijn werk voorOne Million Years B.C. drie jaar later metThe Valley of Gwangi, waarin hij een onwaarschijnlijke combinatie tussen cowboys en dinosauriërs neerzet. De eerste partij wordt geconfronteerd met de tweede in een afgelegen vallei anno 1900, waarin de monsterachtige Allosaurus (blijkbaar een favoriete soort van Harryhausen) Gwangi de scepter zwaait. Uiteraard leidt de botsing tussen beide werelden tot niets dan dood en verderf, waarin het crescendo bereikt wordt als de cowboys het beest gevangen nemen en meevoeren naar de beschaving als attractie. De dino breekt los en zet vervolgens een stad op stelten totdat het in een kerk in lichterlaaie zijn einde vindt. Ondanks de uitstekende geanimeerde terreur die Gwangi zaait in de laatste akte, vormt een heuse 'dinosaur round-up' de climax qua stop motion, alsmede een hoogtepunt in Harryhausens illustere carrière. Een groep cowboys te paard rijdt rondjes om het beest en werpt lasso's rond zijn nek en poten om hem te bedwingen, terwijl men probeert uit zijn kaken te blijven. Live-action en animatie sluiten haast naadloos op elkaar aan in één van de meest gecompliceerde stop-motion sequenties ooit. Hoewel stop-motion het voor dit soort type avonturenfilms nog 25 jaar volhield tot aan de definitieve doorbraak van CGI begin jaren negentig, zou de techniek deze scène niet meer overtreffen. Desondanks stierfThe Valley of Gwangihelaas een stille dood in drive-in theaters. Gelukkig heeft de film tegenwoordig onder kenners van special effects en liefhebbers van fantasyfilms de status bereikt die Harryhausens werk verdient.
4 - The Land Before Time(1988)
Deze aandoenlijke animatiefilm voor de hele familie van de Don Bluth studio – in Nederland beter bekend alsPlatvoet en zijn Vriendjes– doet nog steeds vele dertigers een traan wegpinken onder het mom van puur jeugdsentiment. Het tragische verhaal van een groep jonge dinosaurusjes die bij een aardbeving hun ouders verliezen en gedwongen gezamenlijk hun weg moeten zoeken in een verwoest landschap, blijkt ook nu nog een bijzonder ontroerende ouderwetse tekenfilm voor jong en oud. Platvoet en enkele lotgenoten moeten leren samen te werken om te overleven in een vijandige wereld, op zoek naar een legendarische vallei waar ze veilig zullen zijn. Hierbij vormt de vraatzuchtige carnivoor Ruigtand een aanzienlijk obstakel voor hun overlevingskansen (en bovendien jaagt hij de allerkleinsten onder het publiek de stuipen op het lijf). De jaren tachtig werden gekenmerkt door een verschuiving in het denken over dinosauriërs van langzame, koudbloedige, domme dieren verwant aan reptielen naar het beeld van intelligentere, sociale, warmbloedige wezens die meer gemeen hadden met vogels, maar in deze film is daar weinig van terug te zien. Hoewel de animatie naar huidige maatstaven vrij primitief overkomt en ook toen al niet kon tippen aan soortgelijke projecten uit de Walt Disney Studios is het toch de essentiële dinosaurusfilm uit deze periode gebleven, hoofdzakelijk vanwege emotioneel confronterende scènes als de dood van Platvoets moeder (denk Bambi, maar dan met een enorme Apatosaurus en waarbij de dood wel in beeld gebracht wordt), die ook nu nog uitstekend werken en zelfs de meest geharde toeschouwers de tranen in de ogen doen springen. Helaas had geen van de twaalf(!) vervolgdelen hetzelfde effect.
3 - Jurassic Park(1993)
Het is onwaarschijnlijk dat iemand bij de term 'dinosaurusfilm' allereerst aan een andere film dan deze klassieker van Steven Spielberg denkt, en ondanks de nog op stapel staande bioscoopavonturen met dinosauriërs in de hoofdrol zalJurassic Parkniet snel van zijn troon als de ultieme dinosaurusfilm gestoten worden. En dat is geheel terecht. De fantastische digitale prehistorische dieren zorgden destijds voor de definitieve doorbraak van Computer Generated Imagery (CGI) in bioscoopfilms, waarmee vorige methodes om de diverse dino's op film te krijgen al gauw net zo uitgestorven leken als de beestjes zelf. Aanvankelijk was het echter de bedoeling dat de dinosauriërs met geavanceerde stop-motion nieuw leven werd ingeblazen, maar CGI stak daar een stokje voor. Toch brakJurassic Parkzeker niet met traditionele effecten, want het merendeel van de dinosaurusshots in de film is nog steeds tot stand gekomen door middel van beproefde tactieken als ingenieuze animatronica en zelfs mannen in dinopakken. Het is deze combinatie van technieken, waarbij CGI opvallend spaarzaam maar ontegenzeggelijk effectief en overtuigend werd benut, die de meest realistische weergave van dinosauriërs tot nu toe heeft opgeleverd. Dit wordt ook mogelijk gemaakt door het weergeven van het moderne denken over dino's als snelle, slimme en bovenal warmbloedige wezens, een definitieve breuk met hun weergave in alle voorgaande dinosaurusfil DankzijJurassic Parkkwamen zowel deze nieuwe wetenschappelijke opvattingen over de beestjes zelf als de CGI die hen deed herrijzen in een stroomversnelling, en vandaag de dag is deze combinatie de voornaamste strategie om dinosauriërs te doen herleven op het witte doek. Slechts weinig films kiezen er echter voor, zoals deze film dat wel deed, om dinosauriërs minder als hersenloze filmmonsters en meer als echte dieren te portretteren. Een jagende Tyrannosaurus, een niezende Brachiosaurus, een zieke Triceratops: het zijn allemaal alledaagse natuurlijke aspecten die we ook in hedendaagse diersoorten aantreffen, maar die de dinosauriërs vanJurassic Park nèt dat beetje realisme meegeven dat in de meeste andere dinosaurusfilms helaas ontbreekt. En ondanks het feit dat er nog steeds zat mensen worden opgejaagd en verslonden - zoals het een dinosaurusfilm nou eenmaal betaamt - blijftJurassic Parkdaardoor dé dinofilm bij uitstek, waarin dinosauriërs op de meest realistische wijze ooit tot leven werden gewekt.
2 - The Lost World: Jurassic Park(1997)
NaJurassic Park lag de lat in elk opzicht hoog. Te hoog wellicht, want hoewel de opvolger – die niet toevalligThe Lost Worldheet – aardig winstgevend was, biedt de film weinig nieuws en blijft hij qua impact inferieur aan het origineel. Wél levert de film een hoeveelheid aan enerverende dinosaurusactie op, met als hoogtepunt een drijfjacht met jeeps en motoren op onschuldige planteneters. Uiteraard doen de carnivoren echter het meest van zich gelden, wat resulteert in suspensevolle scènes met de piranha-achtige kleine Compsognathus die zich en masse op een veel groter slachtoffer stort, of een nachtelijke aanval van Velociraptors in hoog gras. Blikvanger blijft de Tyrannosaurus; dit keer niet slechts één exemplaar, maar een hecht gezinnetje dat het niet waardeert dat hebzuchtige mensen met hun kind rotzooien. Daarbij krijgt de Rex ook een stukje sympathie mee en blijkt hij meer held dan boosdoener, want als hij zijn tanden in mensen zet is dat hoofdzakelijk hun eigen schuld. De film is nog meer dan de originele roman van Michael Crichton – waar het qua verhaal trouwens weinig overeenkomsten mee heeft – een hommage aan Arthur Conan Doyle'sThe Lost Worlden de verfilming uit 1925. Het concept van een verloren wereld vol dinosauriërs op een afgelegen plek op de wereld, waar beschaving en wildernis met elkaar in conflict raken, wordt met verve benut door Steven Spielberg, die met de ontknoping waarin een T-Rex San Diego plat legt één vette knipoog naar Willis O'Briens werk maakt. Uiteraard opnieuw met hoogstaande CGI, hoewel de verrassing er qua technisch opzicht na de sensationele voorganger wel een beetje af was. Desondanks kan de kijker ook in het geval vanThe Lost World: Jurassic Parkrekenen op bijzonder fraaie dino's, zowel digitaal als animatronisch. Ook al biedt de film minder vernieuwende waar danJurassic Park, als je van dinosauriërs en/of actie houdt zit je met deze film zeker goed.
1 - King Kong (2005)
Peter Jackson besloot dat het tijd werd een remake van zijn favoriete film te maken die recht deed aan het origineel, een missie die eindigde met zijn eigen (misschien overdadig) epischeKing Kong. Inhoudelijk is er weinig veranderd aan de opbouw van de film, met het verschil dat Jackson er ruim de tijd voor uittrekt waardoor zijn versie bijna twee keer zo lang is. Hij laat daarbij duidelijk blijken wat hem het meest trok aan de klassieker en verliest zich vervolgens in junglescènes rijkelijk gevuld met de meest uiteenlopende creaturen, inclusief de nodige dinosauriërs die het zowel Kong en zijn nieuwe vriendin (Naomi Watts) als de mensen die haar terug proberen te winnen knap lastig maken. Jackson's Skull Island is een naargeestiger oord dan dat uit de originele film, een continent waar dino's nooit zijn uitgestorven en verder geëvolueerd zijn, maar waar al het leven vervormd is door een versnelde noodzaak tot overleven veroorzaakt door het verzakken van hun leefomgeving. Als Ann eenmaal arriveert is er weinig meer over dan een eiland waar elke levensvorm zich aangepast heeft aan het recht van de sterkste, met de laatste reuzengorilla als heerser over dit helse, ruige domein. Jacksons visie van Skull Island levert spectaculaire beelden op waarin mensen het moeten opnemen tegen allerlei monsters in een jungle die weinig wegheeft van Aardse oerwouden. De dinosauriërs zien er eveneens vervaarlijker en woester uit dan we hun wetenschappelijk correcte verwanten voorstellen, maar aangezien King Kong een stukje fantasie is nemen we dat voor lief. In tegenstelling tot in deJurassic Parkfilms zijn de wezens inKing Kongvrijwel allemaal compleet digitaal geanimeerd, waardoor ze in wezen niet heel veel verschillen van Gertie waar het in 1914 allemaal mee begon. Zo naadloos als de CGI inJurassic Parkzijn de dieren inKing Konghelaas niet: vooral bij de Brontosaurusscène zijn de pixels haast te tellen. Maar de weergaloze actie en de liefde voor de originele film die Jackson zo duidelijk aan de dag legt wegen ruimschoots op tegen dergelijke technische tekortkomingen. De film is doordrenkt van verwijzingen naar de voorganger, wat ook te zien is in Kongs gevecht tegen de zogeheten 'V-Rexen': diens worstelpartij met het laatst overgebleven exemplaar toont diverse overeenkomsten met het gevecht tussen Kong en de Allosaurus uit de film van 1933. Ook al zijn de dinosauriërs in deze film net als in het origineel ondergeschikt aan de aap, Jackson laat duidelijk zien dat hij van ze houdt waardoor ook zijnKing Kongonder de noemer 'dinosaurusfilm' geschaard mag worden. Desondanks is geen enkele dinosaurus opgewassen tegen de titelfiguur, want Kong is en blijft uiteraard King.