De oude meester heeft zijn ideologische veren nog lang niet afgeschut.
De 78-jarige Britse regisseur Ken Loach presenteerde tijdens het filmfestival van Cannes eerder dit jaar zijn naar eigen zeggen laatste film:Jimmy's Hall. Maar na het zien van de film kan je niet anders dan erkennen dat hij nog steeds met veel passie en sociale overtuiging films maakt. Het komt dan ook niet als een verrassing dat hij inmiddels terug lijkt te komen van zijn eerdere besluit. En na een imposant oeuvre hoeven we daar als kijker zeker niet rouwig om te zijn.
American Dream
VoorJimmy's Hallkeert Loach terug naar de plaats en tijd vanThe Wind That Shakes The Barley, de film over de Ierse onafhankelijkheidsstrijd rond 1922 en de daaropvolgende burgeroorlog. Hij won hiermee in 2006 in Cannes de Gouden Palm. Tevens werd het één van de best bezochte Ierse independent films in eigen land. Het thema van machtsstrijd over klasse, politiek en religie in een Ierse setting was voor Loach blijkbaar nog niet was uitgeput, toen hij besloot om het verhaal van Jimmy Gralton, op ware feiten gebaseerd, te verfilmen, in de setting van een verdeeld Ierland. Hiervoor maakt Loach sprongen in de tijd, te beginnen in 1922 als Jimmy noodgedwongen Ierland moet verlaten. Net als veel andere Ieren wil hij het berooide Ierland vol spanningen inruilen voor de American Dream in New York. Maar als daar in 1929 de depressie uitbreekt, wordt het ook voor hem lastiger om zich in Amerika staande te houden en keert hij weer terug naar zijn oude moeder in het dorp waar hij vandaan komt. Dan zijn we in 1932, wanneer Jimmy, net als 10 jaar eerder, een dorpshuis voor culturele activiteiten wil oprichten. En net als toen, krijgt hij tegenwerking van de kerk en de bezittende klasse. De strijd wordt tot het bittere einde gevoerd.
Hardlijnig
Ken Loach staat bekend om zijn goede acteursregie en een goed oog voor casting. Ook inJimmy's Hallwordt het verhaal op sterke wijze verteld en gespeeld, met name door Barry Ward als Jimmy en Jim Norton als de plaatselijke hardlijnige priester. Het is Loach wel toevertrouwd op meeslepende wijze onrecht en historische misstappen an de kaak te stellen. Tegelijk is de boodschap kraakhelder aanwezig. Bij sommige speeches van Jimmy is het net alsof je Loach zelf aan het woord hoort. De vraag is of dat erg is, zeker als het op een vakkundige wijze gebeurt. Maar daar zit meteen ook de crux: in andere films van hem waarbij het verhaal veel persoonlijker was, lijkt de boodschap ook meteen een stuk beter over te komen. Het openen van ogen voor misstanden kan bij een kleinere aanpak minstens zo effectief zijn, zo laten meer ingetogen films alsKes(1969) ofThe Angels' Share(2012) zien.
Platenspeler
De gemeenschap waar Jimmy na 10 jaar in terugkeert, lijkt veranderd en tegelijk dezelfde gebleven. De tegenwerking om een cultuurhuis te beginnen is even groot, zo niet groter. De strijd die hij voert om mensen uit de lagere klassen zaken als muziek en literatuur te brengen voert hij wel heftiger. Alsof Loach hiermee zegt dat in deze tijd activisme en alertheid op ongelijkheid noodzakelijk blijft. Een verscheurd Ierland staat moeiteloos symbool voor een gespleten samenleving anno nu. En toegegeven, de zin die Jimmy naar de oude conservatieve priester slingert: "Je hebt meer haat in je hart dan liefde" lijkt na alle schandalen rond priesters aktueler dan ooit. Net als het hypocriete karakter van de kerk: een modern iets als een platenspeler verketteren, maar er tegelijk stiekem één in huis hebben.
Conclusie
Ken Loach heeft metJimmy's Hallwederom een goed gemaakte film gemaakt, met een sterke cast en het hart ongetwijfeld op de goede plaats, maar tussen het historische verhaal komt de woede over onrecht volop naar boven. Het is Loach als groot regisseur voor een deel vergeven, al komt de boodschap bij een wat persoonlijker aanpak toch net wat effectiever over. Engagement is een mooi iets, maar, zoals Jimmy zelf na zijn terugkeer opmerkt: niemand is dezelfde, iedereen is veranderd. De vraag is of Loach dat ook tegen zichzelf durft te zeggen.