Het gaat goed met het bioscoopbezoek in België. Slechts een kleine daling van 1,2% in 2010. Verwaarloosbaar. Toch zijn de arthousefilms ten dode opgeschreven in de grote bioscoopcomplexen.
Anthony Van Roosendael is een Belgische filmmaker met een hart voor taal. Dit is zijn eerste column voor MovieSense.
Twee weken draaitijd in UGC cinema’s (een grote Belgische bioscoopketen) voor , de Oscarwinnaar voor beste buitenlandse film 2011. Dit is het lot van alle ietwat kunstige films in de multiplexen. Een pijnlijke constatering voor iedereen die houdt van de andere film. Pijnlijk ook voor iedereen die tegen eenheidsworst is, tot wat de gemiddelde CGI gestuurde Hollywoodfilm tegenwoordig verworden is. Digitale pareltjes voor de digitale generatie. bijvoorbeeld. Wat een pracht van een openingsscene. En toen? Nee, dat was alles. Een mens kan de digitale, totaal over-de-top beelden aan voor ongeveer 15 minuten. Zoals ik vroeger in slaap viel als het verhaal te traag ging, val ik tegenwoordig in slaap als de special effects te snel gaan. Misschien ligt het aan het ouder worden, of misschien ligt het aan het feit dat er tegenwoordig eerst gezocht wordt naar wat er mogelijk is op animatievlak en er daarna naar een geschikt verhaal gezocht wordt, om in deze digitale setting te plaatsen.
Zoals je K3 in 3D in het theater kan bekijken, zo houden de 3D brilletjes de spiegel voor dat alles waarheidsgetrouwer wordt. Ten eerste was theater altijd in 3D, ten tweede doen 3D brilletjes niets van wat ze zouden moeten doen. Het enige pluspunt van 3D in de huidige films is dat de ondertitels net iets levensechter aanvoelen. Wat jammer is, is dat er geen rekening gehouden wordt met dat het brilletje in kwestie het voorgeschotelde beeld veel donkerder maakt. Zo zag ik Tron 3D met het gevoel dat het diafragma van de cameraman net iets te gesloten was, of dat de helderheid van het scherm of de projector niet helemaal juist stond afgesteld.Verder was er geen moer aan deze digitale beleving.
K3 in 3D
Geef mij maar de echtheid van de realiteit in plaats van de computer. Een film waar mensen huizen in verzetten met hun blote handen en dus geen film waarin dit gebeurt door enkele muisklikken. Eerder een goede dialoog met stijgende spanning en conflict dan de oneliners en gebalde citaten van spierbundels die tegen een greenkey staan aan te praten. Je moet er maar eens op letten hoe verkeerd hun kijkrichting is. Een monoloog in 3D. Wat me terugbrengt naar het theater. Misschien moet ik toch maar eens met mijn neefje naar K3 in 3D. Je weet nooit wat hem dit zal bijbrengen. Misschien wordt hij wel de nieuwe Stanley Kubrick. Wanneer hem dan later tijdens een Oscarnominatie gevraagd wordt hoe hij ooit op het idee kwam om films te gaan maken en hij mij vermeld, zal ik apetrots vanachter in de zaal, mijn 3D brilletje afwerpen en hem het welverdiende, oorverdovende applaus geven dat hij ongetwijfeld 3Dubbel en dik verdiend heeft.