Column: Skoop en de teloorgang van de filmkritiek

Columns
vrijdag, 01 augustus 2014 om 8:00
full19015384 2
Film speelde geen belangrijke rol in Jans leven, totdat hij op achtjarige leeftijd werd blootgesteld aanJurassic Park, een filmische ervaring die hem nooit meer heeft losgelaten en hem tot op de dag van vandaag achtervolgt.
Iets als filmblad Skoop publiceren ze tegenwoordig niet meer.
Onlangs kreeg ik een aantal jaargangen van het gerenommeerde, maar niet langer bestaande, filmtijdschrift Skoop in handen. Een vintage collectie, dat mag stellig gezegd worden. Het blad liep vanaf medio jaren zestig en ging tenslotte in 1993 ter ziele. Het omschreef zichzelf op haar covers als 'krities filmblad', en bij het doorbladeren van diverse nummers werd al gauw duidelijk hoe veelomvattend haar definitie van 'kritiek' was. Het ging hier niet slechts om filmrecensies van een paar honderd woorden zoals die tegenwoordig de dienst uitmaken, maar om complete essays van meerdere pagina's waarin de tekortkomingen, cinematografische technieken en ideologische waarden van films uit die tijd tot in de kleinste puntjes uit de doeken werd gedaan. Dat is wel andere koek dan de filmkritiek vandaag de dag.
De hedendaagse filmkritiek wordt gedomineerd door een tekort aan tijd, hoofdzakelijk van de kant van de lezer. Het publiek dat zijn besluit een film wel of niet te gaan bezoeken geheel of gedeeltelijk baseert op digitale dan wel papieren recensies, heeft niet de tijd, laat staan de wilskracht, om ellenlange beschouwingen door te spitten om een goed onderbouwd argument voor of tegen eruit te distilleren. Kort en bondig luiden de huidige kernwoorden. En dankzij de invloed van sociale media als Twitter wordt het ook steeds korter en bondiger. Niks geen grondige analyses, daarmee verspilt de criticus zijn tijd en die van de lezer. Vergeleken met de gemiddelde recensie van nu, waar de lezer in amper een minuut of twee doorheen jakkert, blijken de kritieken van ware huzarenstukken qua lengte. Uiteraard was dan ook een schrijfplatform voor professionals, maar het pennen van dergelijk lange beschouwingen vindt tegenwoordig in geen enkel Nederlands filmtijdschrift navolging. Daar tegenover staat dan weer de uitdaging van nu om in een beknopte recensie een gedegen balans te vinden tussen het uiteenzetten van het plot, het verschaffen van de nodige achtergrondinformatie voor de context en het geven van een weloverwogen oordeel.
full19015410
Wat ook snel blijkt uit het doorbladeren van oude jaargangen Skoop zijn de mores van die tijd die bij de moderne lezer de wenkbrauwen slechts kunnen doen fronsen. De vrijere moraal van de jaren zeventig en de films die daaruit volgden, maakten ook het onder de loep nemen van gangbaar uitgebrachte erotische films (lees: porno) onvermijdelijk. Een shot-voor-shot analyse van een heftige scène uit de genreklassieker Deep Throat (1972), inclusief ongecensureerde foto's van de shots in kwestie (in zwart/wit), vindt vandaag de dag eveneens geen gelijke in de filmkritiek. Daar ben ik dan weer minder rouwig om, want ik meen mijn tijd toch wel effectiever te kunnen besteden dan het shotsgewijs doorspitten van diverse fellatioscènes om tot de conclusie te komen dat een dergelijke film qua verhaal wat tekort schiet en alleen om het hoge gehalte erotiek draait. Andere tijden, andere zeden. Niet voor niets stond er eind jaren zeventig op praktisch de helft van alle nummers wel een shot van een naakte vrouw.
Wat het lezen van veertig jaar na dato bovenal zo fascinerend maakt, is de plaats die klassieke titels sindsdien in de filmgeschiedenis hebben ingenomen, wat destijds verre van vanzelfsprekend was. De recensent van (1977) beschouwde de titel als 'een erg leuke film', maar sloeg vervolgens de plank mis door te stellen dat de mensheid volgens George Lucas God in de toekomst had vervangen door een onduidelijk omschreven concept als de Force. De religieuze implicaties daargelaten, de schrijver ging jammerlijk voorbij aan het feit dat de film opent met de befaamde tekst ' ', die erop duidt dat we noch naar 'onze' mensheid kijken, noch dat we ons in de toekomst bevinden. Zulke missers daargelaten, er zijn onderhand klassiek geworden titels die er in veel bekaaider vanaf komen. Daarnaast zijn er echter ook tal van momenten in de annalen van het blad te vinden waarin de toekomst het gelijk van de critici omtrent bepaalde ontwikkelingen in de industrie bewezen heeft. Het blad mag onweerlegbaar gedateerd genoemd worden, een zekere mate van profetie kon haar schrijvers niet ontzegd worden.
full19015384
Feit blijft: zoals Skoop publiceren ze het tegenwoordig niet meer in de Nederlandse pers. De tegenwoordige filmkritiek is simpelweg een stuk oppervlakkiger, want alom tegenwoordig en dus in een constante strijd verwikkeld om de aandacht van de lezer. Het Internet heeft ervoor gezorgd dat iedereen makkelijk overal en altijd haar mening over films kwijt kan, waardoor de waarde van de filmkritiek als geheel gedaald is. Iedereen met toegang tot het wereldwijde web kan zich filmcriticus noemen, waardoor het beroep niet het respect afdwingt dat het in de tijden van weleer deed. Voor een blad als Skoop is tegenwoordig geen plaats, want ook online blijken weinigen bereid tot het lezen van ellenlange stukken van volslagen onbekenden die zich filmcriticus noemen. Natuurlijk zijn er zat mensen die online vergelijkbare diepgaande artikelen publiceren, maar dat wil niet zeggen dat er een groot lezerspubliek voor bestaat. Ongetwijfeld vinden zat mensen deze column al overdreven lang, terwijl diepgang deze ook weer niet verweten kan worden. Ondanks het feit dat de tijd Skoop heeft ingehaald, kan ik achteraf niets anders doen dan de pet afnemen uit respect voor die vorige generaties filmcritici die de naam van het blad dertig jaar lang hoog hielden, in een tijd dat niet de critici maar de films het voornaamste onderwerp van de kritiek waren.
Delen met