Elyse Klaidman is het brein achter de expositie Pixar: 25 Years of Animation en inmiddels is ze de hele wereld overgevlogen om toelichting te geven over haar kunstkeuzes. In Bonn, waar de expositie nog tot en met januari 2013 te zien is, zegt ze dat ze graag weer les zou willen geven aan de Pixar-medewerkers.
Elyse Klaidman werkt inmiddels vijftien jaar bij de animatiestudio en zag het bedrijf groeien van 120 naar 1200 medewerkers. Klaidman: “Het ging van een kleine zolder naar een grote campus van inmiddels drie gebouwen groot. Vroeger werd er aan één film tegelijk gewerkt en nu zijn dat er meerdere. Er is wat dat betreft dus best wat veranderd bij het bedrijf, maar aan de andere kant ook weer niet: er is nog steeds veel hart voor de mensen en medewerkers geloven in elkaar.”
Elyse Klaidman werkt inmiddels vijftien jaar bij de animatiestudio en zag het bedrijf groeien van 120 naar 1200 medewerkers. Klaidman: “Het ging van een kleine zolder naar een grote campus van inmiddels drie gebouwen groot. Vroeger werd er aan één film tegelijk gewerkt en nu zijn dat er meerdere. Er is wat dat betreft dus best wat veranderd bij het bedrijf, maar aan de andere kant ook weer niet: er is nog steeds veel hart voor de mensen en medewerkers geloven in elkaar.”
80.000 kunststukken
Klaidman heeft als baas van de Pixar archieven de expositie, die meer dan vijfhonderd stukken telt, samengesteld. Ze waakt over de interessante historie van alle 12 bioscoopfilms en 21 shorties. Elke grote Pixar-film telt zo’n 80.000 kunststukken voor er ook maar achter de computer wordt gewerkt aan de daadwerkelijke eindfilm, dus er zijn diverse locaties waar verzamelingen Dory-tekeningen en Lots-o-Huggins-schetsen te vinden zijn. Elke film heeft zo zijn eigen archief en daaruit heeft Klaidman de mooiste stukken gekozen om aan het grote publiek te presenteren.
Klaidman: “Artiesten verwachten niet dat hun schetsen en kunst in een museum komt te hangen. Toch ben ik ervan overtuigd dat als je een tekening pakt en hem inlijst, het een kunstobject op zich is. John Lasseter heeft altijd gedroomd van zo’n expositie om zijn medewerkers te eren en dat is in 2005 werkelijkheid geworden toen het New Yorkse MoMa naar ons toe kwam met het idee.”
Drie pijlers
De expositie is opgebouwd in drie gedeeltes: character, story en world. In het eerste is van alle Pixar-films te zien hoe personages tot stand komen, in het tweede deel hoe het verhaal bij elkaar wordt gepuzzeld en in het derde staat het creeëren van de wereld om de personages heen centraal. “Het zijn drie peilers die volgens John Lasseter essentieel zijn voor een film van Pixar. Vooral verhaal is belangrijk, maar Lasseter houdt ook van het huwelijk tussen kunst en technologie dat elke keer weer wordt gesloten bij Pixar.”
Inmiddels is de Pixarian erg druk met de expo, maar ook met haar baan als directeur van de Pixar University. Pixar-medewerkers hoeven niet per se terug naar de schoolbanken als ze eenmaal bij de animatiestudio werken, maar ze worden wel gestimuleerd om nieuwsgierig te blijven en door te leren. Het kan vanalles zijn: kunstwerken maken met pastel zoals ook te zien is in de expositie in Bonn, maar ook buikdansen.
Regiecursussen
Toch zijn het niet allemaal grappige hobby-dingen. Zo kunnen artiesten die normaliter met de handen werken, leren wat een computeranimator ongeveer doet. Hierdoor begrijpen ze beter wat de mogelijkheden zijn om een figuurtje op papier digitaal tot leven te laten komen. Klaidman organiseert de Pixar University en bekijkt of er interessante gasten kunnen komen. Eerst gaf ze ook zelf wel eens een lesje kunst in de traditionele media en dat wil ze graag over een tijdje weer doen, maar daar heeft ze nu geen tijd voor.
Klaidman heeft als baas van de Pixar archieven de expositie, die meer dan vijfhonderd stukken telt, samengesteld. Ze waakt over de interessante historie van alle 12 bioscoopfilms en 21 shorties. Elke grote Pixar-film telt zo’n 80.000 kunststukken voor er ook maar achter de computer wordt gewerkt aan de daadwerkelijke eindfilm, dus er zijn diverse locaties waar verzamelingen Dory-tekeningen en Lots-o-Huggins-schetsen te vinden zijn. Elke film heeft zo zijn eigen archief en daaruit heeft Klaidman de mooiste stukken gekozen om aan het grote publiek te presenteren.
Klaidman: “Artiesten verwachten niet dat hun schetsen en kunst in een museum komt te hangen. Toch ben ik ervan overtuigd dat als je een tekening pakt en hem inlijst, het een kunstobject op zich is. John Lasseter heeft altijd gedroomd van zo’n expositie om zijn medewerkers te eren en dat is in 2005 werkelijkheid geworden toen het New Yorkse MoMa naar ons toe kwam met het idee.”
Drie pijlers
De expositie is opgebouwd in drie gedeeltes: character, story en world. In het eerste is van alle Pixar-films te zien hoe personages tot stand komen, in het tweede deel hoe het verhaal bij elkaar wordt gepuzzeld en in het derde staat het creeëren van de wereld om de personages heen centraal. “Het zijn drie peilers die volgens John Lasseter essentieel zijn voor een film van Pixar. Vooral verhaal is belangrijk, maar Lasseter houdt ook van het huwelijk tussen kunst en technologie dat elke keer weer wordt gesloten bij Pixar.”
Inmiddels is de Pixarian erg druk met de expo, maar ook met haar baan als directeur van de Pixar University. Pixar-medewerkers hoeven niet per se terug naar de schoolbanken als ze eenmaal bij de animatiestudio werken, maar ze worden wel gestimuleerd om nieuwsgierig te blijven en door te leren. Het kan vanalles zijn: kunstwerken maken met pastel zoals ook te zien is in de expositie in Bonn, maar ook buikdansen.
Regiecursussen
Toch zijn het niet allemaal grappige hobby-dingen. Zo kunnen artiesten die normaliter met de handen werken, leren wat een computeranimator ongeveer doet. Hierdoor begrijpen ze beter wat de mogelijkheden zijn om een figuurtje op papier digitaal tot leven te laten komen. Klaidman organiseert de Pixar University en bekijkt of er interessante gasten kunnen komen. Eerst gaf ze ook zelf wel eens een lesje kunst in de traditionele media en dat wil ze graag over een tijdje weer doen, maar daar heeft ze nu geen tijd voor.
Klaidman: “Eigenlijk is praktisch alles mogelijk. Er zijn bijvoorbeeld gastlessen van professoren, maar ook regiecursussen of hoe om te gaan met modelleersoftware. Mensen kunnen de vakken volgen die hun leuk lijken, want zo kunnen ze zich verder ontwikkelen binnen ons bedrijf.”
Het is Elyse Klaidman opgevallen dat er weinig vrouwen zijn die voor het regisseursvak of dat van animator kiezen: “Je ziet al op de scholen voor kunsten dat het gros mannelijk is. Ik weet niet waarom dat toch is. Bij Pixar zijn de man-vrouw-verhoudingen redelijk gelijk, al zijn de meeste animators mannen en doen vrouwen veelal andere beroepen. Aan de andere kant, in Finding Nemo werd het verhaal van een vader en zoon geregisseerd door een man (Andrew Stanton). Nu hebben we Brave , wat juist heel erg draait om de relatie tussen moeder en dochter en die film is geregisseerd door een vrouw (Brenda Chapman).”
Het is Elyse Klaidman opgevallen dat er weinig vrouwen zijn die voor het regisseursvak of dat van animator kiezen: “Je ziet al op de scholen voor kunsten dat het gros mannelijk is. Ik weet niet waarom dat toch is. Bij Pixar zijn de man-vrouw-verhoudingen redelijk gelijk, al zijn de meeste animators mannen en doen vrouwen veelal andere beroepen. Aan de andere kant, in Finding Nemo werd het verhaal van een vader en zoon geregisseerd door een man (Andrew Stanton). Nu hebben we Brave , wat juist heel erg draait om de relatie tussen moeder en dochter en die film is geregisseerd door een vrouw (Brenda Chapman).”
RenderMan
Er wordt nu dus gemiddeld aan drie films tegelijk gewerkt op de campus, maar er wordt ook tijd gemaakt om te kijken naar animatiefilms van concurrenten. De meeste concurrenten maken zelfs gebruik van Pixar, want de software RenderMan om hun films zo realistisch mogelijk te doen overkomen is binnen Pixar ontwikkeld. Toch kijkt men bij het toonbeeld van animatie ook tegen andere filmhuizen op. Klaidman: “John Lasseter raakt heel geïnspireerd van de films van Studio Ghibli, bekend van Ponyo en Spirited Away .”
Er wordt nu dus gemiddeld aan drie films tegelijk gewerkt op de campus, maar er wordt ook tijd gemaakt om te kijken naar animatiefilms van concurrenten. De meeste concurrenten maken zelfs gebruik van Pixar, want de software RenderMan om hun films zo realistisch mogelijk te doen overkomen is binnen Pixar ontwikkeld. Toch kijkt men bij het toonbeeld van animatie ook tegen andere filmhuizen op. Klaidman: “John Lasseter raakt heel geïnspireerd van de films van Studio Ghibli, bekend van Ponyo en Spirited Away .”
Welke films Pixar nog in het verschiet heeft, daarover verklapt de directrice van University weinig: “Er is inmiddels natuurlijk een grote aankondiging geweest van Monsters University . Ook is er al bekend gemaakt dat er een film in de maak is die om dinosaurussen draait en eentje die zich afspeelt in de gedachten van een klein meisje.” In elke Pixar-film zit wel een referentie naar een toekomstige film, dus voor verdere informatie over aankomende films zullen we dus maar heel goed moeten opletten. Zo werd Brave ‘aangekondigd’ middels een wandkleed in Cars 2 .