Dokter Edward Newgate is klaar voor zijn stage bij een afgelegen gekkenhuis, maar de behandelmethodes daar zijn iets ruimdenkender dan Edward op zijn studie heeft geleerd.
Er zijn bepaalde mensen die we in het echt liever niet tegenkomen, maar op het witte doek lusten we er wel pap van: de duivel, moordenaars, verkrachters en ook gekken horen daarbij. InStonehearst Asylumzit de crème de la crème van de gestoorden weggeborgen: de nicht van de koningin, dochters en zonen van rijke ondernemers en mensen van adel zijn er heen gestuurd om hun familie de schande te besparen. Dokter Edward Newgate (Jim Sturgess) is zo dapper om zijn stage te lopen bij dit afgelegen gekkenhuis. Hongerig naar praktijkervaring laat hij zich op de eerste dag rondleiden door het hoofd van de instelling dr. Lamb (Ben Kingsley). Al snel valt op dat alle patiënten een bepaalde mate van vrijheid hebben die men op de academie onorthodox zou noemen. Wanneer Edward een patiënte, Eliza, (Kate Beckinsale) piano hoort spelen, is hij op slag verliefd op haar en is hij vastberaden op Stonehearst te blijven, ondanks haar waarschuwingen om meteen weer te vertrekken.
Madhouse
Het is de winter van 1899 en stervenskoud als Edward aankomt bij Stonehearst. De poorten zijn gesloten en worden bewaakt door bewapende mannen die de dokter verwelkomen met de hoopvolle boodschap: "“Welcome to our madhouse in the wilderness!” Al direct is het duidelijk dat er iets niet in de haak is op Stonehearst: de bewaking loopt met wapens, het is een gigantische puinhoop en de gekken dineren samen met het personeel. Regisseur Brad Anderson creëert in de eerste 15 minuten genoeg open plekken om nieuwsgierigheid op te wekken. Maar voor wie zijn klassiekers kent, de film is gebaseerd opThe system of doctor Tarr and professor Fether van Edgar Allan Poe, zullen de plottwists niet als een verrassing komen.
Paard
Anderson heeft vooral zijn best gedaan op het creëren van een unheimische sfeer, iets wat hij ook al verdienstelijk deed inThe MachinistenTranssiberian. Daar dragen de locatie en de decors aan bij, maar ook de acteurs die de meest uiteenlopende karakters moeten neerzetten. Zo is er een man die denkt dat hij een paard is of een vrouw die niet meer wil eten zolang haar zoon nog vecht aan het front. Dat Anderson daarbij kan rekenen op een cast met veel grote namen helpt hem zeker, maar het zijn echter de onbekende acteurs die deze film kleur geven met hun vertolking van de idioten. Een van de mooiere scenes is dan ook de scene waarin Edward een wildeman (Guillame Delaunay) moet helpen die opgesloten zit, omdat hij anders anderen aanvalt. Deze scene is spannend en ontroerend tegelijk en het is jammer dat er daar niet meer van in de film zitten.
Don’t leave me
Er valt dus behoorlijk wat te beleven in Stonehearst en daardoor wordt dat andere, oh zo belangrijke, nevenplot: de liefde tussen Edward en Eliza, een stuk minder interessant of zelfs vervelend. Zeker op het einde wanneer Edward vervalt in wanhopigheden als: “Eliza don’t leave me!” en “I’ve always loved you,” moet er af en toe even met de ogen gerold worden.
Conclusie
Stonehearst Asylumkan voor hen die nog weinig films binnen dit thema hebben gezien nog voor een behoorlijke verrassing zorgen, maar over het algemeen zie je de plotwendingen al van mijlenver aankomen. Het zijn de karakters die zorgen voor komische en griezelige momenten en dat maakt deze film goed, maar niet te gek.