Hoe een horrorfilm zonder bloed toch griezelig kan zijn.
Italië, midden jaren ’70. De Britse geluidstechnicus Gilderoy (Toby Jones) is ingehuurd om de low-budget horrorfilmIl Vortice Equestrevan angstaanjagende geluidseffecten te voorzien. De timide Brit is onbekend met het horrorgenre en straalt één en al onwennigheid uit. Zijn nieuwe werkomgeving is dan ook behoorlijk intimiderend, en de vrouwonvriendelijke regisseur Santini doet bepaald zijn best niet om Gilderoy op zijn gemak te stellen. Terwijl hij meloenen doormidden splijt (klinkt als een onthoofding) en radijsjes ontwortelt (de priester die de heks de haren uitrukt), kijkt hij naar de opnames van krijsende actrices en een brullende acteur die een ‘opgewonden kobold’ nadoet. Gaandeweg verliest Gilderoy zijn grip op de werkelijkheid en gaat de horrorfilm na werktijd in zijn hoofd verder.
Zwarte humor
Berberian Sound Studiospeelt zich hoofdzakelijk in de geluidsstudio af. Merkwaardig genoeg krijgen we vanIl Vortice Equestre niets te zien. Toch ontstaat het idee dat het om een behoorlijk griezelige film gaat, zo krachtig is de suggestie van de geluiden gecombineerd met onsmakelijke close-ups van groenten. Dat Gilderoy zich ongemakkelijk voelt, geloven we meteen. In de claustrofobisch kleine studio kan hij maar moeilijk aan de indringende horrorfilm ontsnappen. Als kijker moeten we het alleen met de geluidseffecten ervan stellen – maar ook die missen hun uitwerking niet. Bij deze film maken je oren overuren en krijgt je maag het zwaar te verduren. Het geluid staat zozeer op de voorgrond dat je bijna het idee krijgt datBerberian Sound Studioeen met sobere beelden ondersteund hoorspel is. De zwarte humor zorgt gelukkig af en toe voor een broodnodige adempauze.
Foley artists
Regisseur Peter Strickland (Katalin Varga), zelf muzikant, brengt met zijn tweede filmBerberian Sound Studioeen ode aan de bescheiden geluidsman. De film kreeg vier British Independent Film Awards en werd vorig jaar door de Britse pers lovend onthaald. Peter Strickland over zijn fascinatie met geluid: ‘Niets kan de fantasie zo prikkelen als geluid. (...) Maar het luistert heel nauw. Geluid opnemen is ongelofelijk arbeidsintensief. Het is misschien wel het meest ambachtelijke onderdeel van het films maken. Met alle digitale technieken die ons ter beschikking staan, maken ook nu nogfoley artists– die realistisch geluid proberen na te bootsen – op dezelfde manier hun geluidseffecten als ten tijde van de giallo’s (Italiaanse pulpfilms) uit de jaren zeventig. Geluidsmakers staan op de meest afschuwelijke manier in te hakken op groenten en fruit. Laat ik vooropstellen dat ik zelf erg van giallo hou, ook al zouIl Vortice Equestreniet tot mijn favorieten behoren (...). Die is mij veel te duister en te extreem.’
Conclusie
Een timide Britse geluidstechnicus wordt gevraagd om de geluidseffecten van een Italiaanse horrorfilm te verzorgen. Hij kan zich niet aanpassen aan zijn nieuwe werkomgeving en verliest na enige tijd zijn grip op de werkelijkheid. Ook op de kijker komt de horrorfilm-in-wording behoorlijk angstaanjagend over - en dat terwijl we er niets van te zien krijgen. Maar de suggestie van het geluid alleen is krachtig genoeg. Bij deze sterke en originele film maken je oren overuren.