Brad Pitt zet als honkbalcoach een Oscarwaardige rol neer.
De manager van de Oakland Athletics, Billy Beane (Brad Pitt), zit met een probleem. Zijn team heeft de laatste wedstrijd verloren van de New York Yankees in de American League Devision Series van de Amerikaanse honkbal nacompetitie. Na het seizoen vertrekken ook nog eens drie sterspelers van de Oakland Athletics. Tijd voor Beane om weer met zijn scouts rond de tafel te zitten en een nieuw team op te bouwen. Alleen botsen de ideeën van de zeer ervaren scouts steeds meer met de relatief jonge manager Beane. Om als team met een klein budget te concurreren met de grote jongens is volgens Beane een andere strategie nodig. Hij gaat op eigen houtje verder om toch vervangers te zoeken en komt daarbij Peter Brand (Jonah Hill) tegen als adviseur voor de Cleveland Indians. Brand is een recent afgestudeerde economie student met radicale ideeën over spelers management en laat dat net datgene zijn wat Beane nodig acht om te kunnen concurreren met de grote jongens van de honkballerij. Beane neemt Brand in dienst en samen stellen ze, door uitvoerig statistisch onderzoek, op radicale wijze een team samen, waarbij ze niet langer kijken naar sterrenstatus en multifunctionaliteit. Iedereen uit de honkbal wereld, inclusief hun eigen scouts en coach (Philip Seymour Hoffman), kijken vol afschuw hoe het plan van Beane en Brand faalt, tot het lot iets anders lijkt te beslissen.
Wederom een Oscarwinnende acteur?
Regisseur Bennett Miller leverde met zijn eerste speelfilm, Capote , gelijk een Oscarwaardige film af. Hoewel de film geen regieprijs won, mocht Philip Seymour Hoffman wel met het beeldje voor Beste Acteur naar huis. En met Money Ball lijkt Miller wederom een waardige Beste Acteur kandidaat te hebben afgeleverd: Brad Pitt. De film is namelijk bijna net zo veel een portret van Billy Beane als van de Oakland Athletics in het algemeen. Pitt zet Beane geweldig neer met licht neurotische trekjes en op momenten een gefocuste blik waar je bang van wordt en tegelijkertijd een dikke glimlach krijgt. Eén van de sterkste momenten is als Beane op bezoek gaat bij zijn ex-vrouw en haar huidige vriend. Al het honkbalgeweld is even verdwenen en daardoor zien we in deze korte scène Beane zoals hij eigenlijk is; iemand die zo verbonden is met zijn werk dat het zijn normale leven aantast. Hij gedraagt zich namelijk alles behalve gemakkelijk in hun bijzijn. Met dit subtiel gebrachte scherpe randje tilt Pitt het personage Billy Beane naar een hoger niveau dan de gemiddelde biopic.
Standaard biopic met uitstekende acteurs
Helaas verloopt het verhaal van de film wel op een clichématige manier zoals de meeste biografische fil Alle ups en downs voelen een beetje verplicht aan en zijn hierdoor erg voorspelbaar. Ook voegen de flashbacks naar Beane’s jeugd niet heel veel toe. Maar gelukkig maken de acteurs het allemaal een stuk vermakelijker. Zo is Jonah Hill prima gecast als de jonge en ietwat onzekere Peter Brand, en bewijst hiermee meer te kunnen dan in geschifte Judd Apatow komedies te spelen. Ook Philip Seymour Hoffman doet het als vanouds prima. Veel screentijd krijgt hij niet, maar het is voor hem genoeg om een norse en eigenwijze coach neer te zetten, die als een onbeweeglijk rotsblok in de weg staat voor Beane’s vernieuwende manier van managen.
Conclusie
Moneyball is qua verloop een clichématige biopic over Billy Beane die met zijn honkbalclub Oakland Athletics een totaal vernieuwende manier van sport managen heeft geïntroduceerd. Het zijn de acteurs die de film van standaard en clichématig naar een vermakelijk schouwspel verheffen, maar wat meer creativiteit op de schrijftafel was welkom geweest. Zelfs al houd je totaal niet van honkbal, het portret van Billy Beane is door Pitt’s prestatie interessant en vermakelijk voor iedereen.