De 30e editie van het Filmjaarboek is traditiegetrouw weer in boekvorm verschenen. Tegelijk met deze nieuwe editie is ook de start van de digitalisering van de eerdere edities aangekondigd.
Vanaf 1981 verschijnt elk jaar, onder redactie van voormalig NRC filmjournalist Hans Beerekamp, het Filmjaarboek - op een kleine onderbreking tussen 1990 en 1995 na, dat werd ingehaald met een dik jaarboek '90-'95. Het hart van het Filmjaarboek is een compleet overzicht van alle films die het afgelopen jaar in de Nederlandse bioscoop zijn verschenen, inclusief uitgebreide credits, bezoekcijfers, de premièrebioscopen in Amsterdam en het aantal kopieën waarin de film is uitgebracht. Daarnaast wordt er door een groot aantal filmjournalisten voor elke film een korte recensie geschreven.
Digitalisering
Dit filmoverzicht wordt aangevuld door een titel- en een regisseursregister over de jaren 2010-2014. Hierin worden geen paginanummers vermeld, maar slechts het jaartal van uitbreng. Deze wat gebrekkige informatie, waardoor het zoeken niet echt makkelijk wordt gemaakt, schreeuwt natuurlijk om een digitale behandeling. Het voordeel hiervan zou zijn dat er niet alleen op titel of regisseur, maar ook op talloze andere kenmerken te zoeken zou zijn. Helaas is de aankondiging van digitalisering nog met behoorlijke slagen om de arm: er moet volgens de Filmjaarboek redactie nog stevig worden nagedacht over hoe de digitale ontsluiting precies wordt aangepakt. Gratis of betaald, alleen de filmdata of ook de artikelen, dat moet de komende tijd nog worden bepaald.
Turbulent
Maar naast deze filmdata bevat het Filmjaarboek 2014-2015 wederom een groot aantal interessante artikelen. In het jaaroverzicht probeert Karin Wolfs de rode lijnen uit het filmjaar te vinden: oplichters en hosselaars (The Wolf of Wall Street), het ontbreken van moreel besef (Under the Skin) en gespleten persoonlijkheden. Ook het debat over het gebrek aan succesvolle vrouweljke regisseurs, de spektakelmoeheid en de opmars van VOD worden benoemd. Wolfs besluit met een helderen samenvatting van de turbulente ontwikkelingen in de Nederlandse filmwereld en een beknopt in memoriam lijstje.
De macht van TV
Belinda van de Graaf gaat in op het Canadese 'wonderkind' Xavier Dolan die het afgelopen jaar in Cannes, samen met 'oude rot' Jean-Luc Godard, ex aequo de juryprijs kreeg voorMommy. En Joost Broeren gaat aan de hand vanBoyhoodenBrozerin op de rol van het echte leven in een fictiefilm. Het hoofdartikel van dit Filmjaarboek gaat echter niet over film, maar over televisie. De afgelopen jaren nemen kwaliteitsseries op tv een grote vlucht, dankzij betaalkanalen als HBO en Netflix. Ook in Nederland zien we dit fenomeen toenemen, met Telefilms op de publieke omroep en kwaliteitsseries bij de commerciëlen. Vreemd genoeg wordt er in het stuk niet ingegaan op initiatieven van en kansen voor VOD aanbieders in Nederland. Zo heeft Videoland de serieZwarte Tulpuitgebracht en zou Netflix plannen hebben voor Nederlands drama.
Conclusie
Opnieuw is het Filmjaarboek een onmisbaar naslagwerk voor de filmliefhebber. Met alle in Nederland uitgebrachte films uitgebreid beschreven vervult het een belangrijke functie. Hopelijk gaan de digitaliseringsplannen door, zodat de ontsluiting van al deze data nog beter wordt. Daarnaast zijn de artikelen stuk voor stuk interessant en het jaaroverzicht een heldere terugblik op het vorige filmjaar. Nu het Filmjaarboek is ondergebracht bij een nieuwe uitgever, Amsterdam University Press, is de toekomst hopelijk voorlopig weer gegarandeerd.
Filmjaarboek 2014/2015is uitgegeven door Amsterdam University Press, heeft 272 pagina's en kost €27,50.