We gaan er een stelling tegenaan gooien, mensen. Is de televisieserie beter dan film? Die vraag stelde ik mijzelf laatst, na het kijken van het laatste seizoen van Dexter (seizoen vijf dus en niet vier, want wachten tot het op de Nederlandse televisie komt doe ik niet).
Peter de Jonge plunderde op jonge leeftijd wekelijks de videotheek leeg en kwam thuis met de meest slechte actiefilms, uitgekozen met goedkeuring van zijn vader. Diezelfde vader viel ooit ‘s avonds op de bank in slaap, waardoor Peter op negenjarige leeftijd al te zien kreeg. Sindsdien is zijn filmsmaak, naar eigen zeggen, sterk verbeterd.
Het komt namelijk steeds vaker voor dat ik liever even een aflevering van een goede serie opzet, dan een film van twee uur. Dat is voor mij al raar te noemen, want vroeger was ik helemaal niet zo’n seriebeest. Sterker nog, ik zag de televisieserie als goedkope soaptroep, weggelegd voor simpele huisvrouwen die tijdens het kijken hun glas wijn nog even bijschenken en voor pubers die van paps en mams huisarrest hebben gekregen.
Maar er is een ommekeer geweest en die ommekeer kwam bij de serie . Een vriend raadde mij die serie aan, waarop er een discussie volgde, want “ik doe niet aan series”. Afijn, hij overtuigde mij om in ieder geval de pilot (een voor mij toen nog onbekend begrip) van de serie te kijken en bleek anders. Niet alleen ziet de serie er verdomd goed uit, de grens tussen films en series vervagen (ook qua kosten) steeds meer, maar de serie bevat ook een goed geschreven verhaal waarvan het belangrijkste aspect is: het is een doorlopend verhaal. Het is voor mijzelf namelijk altijd een ergernis, dat het bij veel series vaste routine is om voor elke aflevering een apart verhaal te schrijven (bijvoorbeeld bij ), waardoor het geen ene malle moer uitmaakt of je een paar afleveringen mist. Bij was dit gelukkig niet het geval, eindelijk een serie met een sterk verhaal en hoge productiekosten. Jammer genoeg ging de serie vanaf seizoen drie bergafwaarts, maar dat maakte al niet meer uit. Ik kreeg de seriefever en ben mij gaan verdiepen in talloze series. , , , , ; ik ben het allemaal gaan volgen. Natuurlijk stuit je dan op een paar minder geslaagde series ( begon aardig, maar verder dan seizoen één ben ik niet gekomen), maar dat kon mijn seriefever niet verlagen.
De vraag is nu echter: Is de televisieserie beter dan film? Series zijn immens populair, ook in Nederland, en zoals ik al eerder zei worden er steeds meer big-budget series gemaakt. Televisiezenders hebben wel wat geld over voor een goede serie, want de reclame-inkomsten liegen er niet om. Hierdoor krijgen seriemakers ook de kans om met betere acteurs te werken en een diepgaander verhaal te vertellen. Toch is het voor bekende filmacteurs vaak nog not done om in een serie te spelen, maar bijvoorbeeld een Steve Buscemi heeft hier maling aan en schittert op dit moment in Boardwalk Empire , een serie die bijzonder goed wordt ontvangen. De grens tussen films en televisieseries wordt daarom steeds kleiner, met als grootste verschil dat een film een paar uur duurt en een serie talloze uren aan vermaak biedt. Daaruit komt dan ook mijn vraagstelling, want van een goede film geniet je een paar uur, terwijl je van een goede serie daadwerkelijk dagenlang kan genieten. Bovendien kun je zelf bepalen hoe lang je een serie gaat kijken. Als je drie kwartier over hebt, dan kan je net die ene aflevering van Dexter nog meepikken, maar ook als je de hele dag ziek op bed ligt, dan zit die goeie ouwe seriemoordenaar naast je op de bank. Misschien is de vraag wel eerlijker als ik stel of de televisieserie méér vermaak biedt dan de film, want meer is beter.
Natuurlijk is het niet allemaal rozengeur en maneschijn op seriegebied. Want waar het geldt dat je dagenlang van series kunt genieten en maar een paar uur van een film, daar geldt dat ook voor een slechte serie. Een slechte film kijk je een keertje en dan baal je, maar in series steek je energie. Je neemt de tijd en moeite om die serie te volgen, om de personages te leren kennen en om je in het verhaal te laten opzuigen. Zo kan je de kijkers van de serie over vliegtuigpassagiers die op een eiland stranden in drie groepen onderverdelen. De eerste groep bestaat uit de mensen die de serie na het eerste seizoen al opgaven, simpelweg omdat er maar geen antwoorden kwamen in het mysterie. De tweede groep gunt het voordeel van de twijfel en besluit de serie nog een paar seizoenen te volgen, om uiteindelijk om precies dezelfde reden als die van de eerste groep en iets meer geïrriteerd af te haken. De derde groep zijn de volhouders, oftewel de mensen die de serie tot aan de laatste aflevering hebben gekeken, want het werd toch wel tijd voor antwoorden. En bij die groep hoorde ik dus, bij de volhouders, want ik vond het toch wel tijd voor antwoorden. Maar het einde waarmee de schrijvers van op de proppen kwamen was toch wel zo’n grote middelvinger in mijn gezicht, dat het gelijk de hele serie afdoet. Want ik heb genoten van en ook al raakte je verdwaald in de mist van de serie, ik heb mij nog nooit zo vermaakt terwijl ik verdwaald was. Maar dan komen ze dus met een slecht einde, waardoor de hele serie een vervelende nasmaak krijgt en realiseer je dat je meer dan vijfduizend minuten, dat is zo’n 84 uur, hebt verspild aan een serie. Daar kan geen slechte film van een paar uur tegenop.
Goed, zoals met alles zitten er dus veel voordelen, maar ook nadelen aan. Dat is de vraag echter niet. De vraag is of de serie beter is, of in ieder geval meer vermaak biedt, dan de film. Die vraag ga ik niet beantwoorden, dat mogen jullie doen en als je mij helemaal een plezier wil doen, laat dan gelijk even weten welke serie(s) ik moet gaan kijken.