Drie jongens gaan op zoek naar geld en avontuur. Het armoedige bestaan op het platteland geven ze op om naar Sjanghai, China’s grootste metropool, te trekken. Daar aangekomen worden ze al snel beïnvloed door het kwaad van de criminele onderwereld, gepersonifieerd door de machtige Triade-baas Boss Hong.
In Blood Brothers (originele titel Tian Tang Kou ) is vermaard cineast John Woo voor de eerste keer werkzaam als producent van een film van een andere regisseur, in dit geval van Alexi Tan ( Double Blade ). Tan kan nog slechts dromen van een soortgelijke reputatie als die van Woo. Daarentegen was hij tot voor kort nog werkzaam als modefotograaf, de carrièrelijn loopt dus de goede kant op. Laten we eens zien wat hij heeft afgeleverd met Blood Brothers .
Woo-ps!
De film begint met een flashback van de hoofdpersoon Fung, gespeeld door Daniel Wu. Daarna volgen we een gesprek tussen hem en het plattelandsmeisje waaraan hij verknocht is. De setting is een steigertje aan een watertje. Heerlijk idyllisch en tot nog toe goed te volgen. Het watertje blijkt snel echter een metafoor voor de nattigheid die de kijker gaat voelen, want de film komt nu al in een stroomversnelling terecht. Via een dansscène en een knokpartij ontmoeten we rap zijn beste vrienden Kang (Liu Ye) en Xiao Hu (Tony Yang). Kang is de vechtersbaas, zeg maar de Tony Montana van China. Xiao is het, in macho termen minder geslaagde, jongere broertje van Kang. De drie jongens zijn samen opgegroeid en zijn de beste vrienden die grote dromen koesteren. Hier gaat de film dan ook over. De droom van de jongens om het te gaan maken in de grote stad.
De film begint met een flashback van de hoofdpersoon Fung, gespeeld door Daniel Wu. Daarna volgen we een gesprek tussen hem en het plattelandsmeisje waaraan hij verknocht is. De setting is een steigertje aan een watertje. Heerlijk idyllisch en tot nog toe goed te volgen. Het watertje blijkt snel echter een metafoor voor de nattigheid die de kijker gaat voelen, want de film komt nu al in een stroomversnelling terecht. Via een dansscène en een knokpartij ontmoeten we rap zijn beste vrienden Kang (Liu Ye) en Xiao Hu (Tony Yang). Kang is de vechtersbaas, zeg maar de Tony Montana van China. Xiao is het, in macho termen minder geslaagde, jongere broertje van Kang. De drie jongens zijn samen opgegroeid en zijn de beste vrienden die grote dromen koesteren. Hier gaat de film dan ook over. De droom van de jongens om het te gaan maken in de grote stad.
Het gaat helaas al vlot mis met de knapen én met de film. Regisseur Tan heeft laten weten dat zijn film een poging is om Oosterse en Westerse invloeden te combineren, in zoverre dat hij probeert de stijl van klassieke western - in het bijzonder die van Sergio Leone en Sam Peckinpah - te importeren in de setting van Sjanghai in de jaren ’30. Hier en daar doet de film inderdaad denken aan de geweldige westerns uit o.a. de Dollar trilogie van Leone.
Maar meer dan een slap aftreksel is het niet. Hiernaast lijkt de eindscène ergerlijk veel op die van Scarface dat Tan niet slechts de stijl van legendarische precedenten overgenomen lijkt te hebben maar dat het eigenlijk niets meer dan ordinair jatwerk is geworden.
Maar meer dan een slap aftreksel is het niet. Hiernaast lijkt de eindscène ergerlijk veel op die van Scarface dat Tan niet slechts de stijl van legendarische precedenten overgenomen lijkt te hebben maar dat het eigenlijk niets meer dan ordinair jatwerk is geworden.
Pluspuntje
De acteurs zijn gelukkig goed te pruimen. Voor zover het enige pluspunt (naast het camerawerk misschien, dan niet speciaal is, maar ook niet mislukt genoemd kan worden). Ze moeten helaas vaak overdreven emoties en gebaren tonen om het verhaal kracht bij te zetten, dit leidt soms tot rare scènes en sequenties. De voorspelbaarheid en melodramatiek ligt er hier en daar zo dik bovenop dat je het niet kunt helpen om in de lach schieten - vooral in de vechtscènes. De choreografie van deze vechtscènes, in het bijzonder die van de vele schietgevechten is trouwens verzorgd door de ervaren Honk Kong actieregisseur Philip Kwok die onder andere ook verantwoordelijk was voor John Woo’s Hong Kong film Hard Boiled .
De acteurs zijn gelukkig goed te pruimen. Voor zover het enige pluspunt (naast het camerawerk misschien, dan niet speciaal is, maar ook niet mislukt genoemd kan worden). Ze moeten helaas vaak overdreven emoties en gebaren tonen om het verhaal kracht bij te zetten, dit leidt soms tot rare scènes en sequenties. De voorspelbaarheid en melodramatiek ligt er hier en daar zo dik bovenop dat je het niet kunt helpen om in de lach schieten - vooral in de vechtscènes. De choreografie van deze vechtscènes, in het bijzonder die van de vele schietgevechten is trouwens verzorgd door de ervaren Honk Kong actieregisseur Philip Kwok die onder andere ook verantwoordelijk was voor John Woo’s Hong Kong film Hard Boiled .
De film is geheel in China opgenomen en speelt zich voornamelijk af in de 20 miljoen mensen tellende stad Sjanghai. Helaas voor regisseur Tan en producer Woo zal Blood brothers mijns inziens in ieder geval geen 20 miljoen mensen weten te boeien.
De film bevat geen noemenswaardige extra’s.
Titel: | Blood Brothers (Tian Tang Kou) | Koop bij Bol.com voor € 12,99 |
Genre: | Actie, Drama | |
Regie: | Alexi Tan | |
Cast: | Daniel Wu, Ye Liu, e.a. | |
Te koop: | 19 maart 2009 |