IDFA 2011: Bobby Fischer Against the World - recensie

Filmfestivals
vrijdag, 18 november 2011 om 14:08
bobby fischer against the world
Hoe een geniaal schaker de regie over zijn eigen spel compleet kwijtraakte.
"Schaken houdt iemand gevangen. Het ketent de geest en hersenen, zodat de innerlijke vrijheid van de allersterksten moet lijden." Een citaat van Albert Einstein waar de documentaire Bobby Fischer Against The World mee opent. Het is een veelzeggende en ware uitspraak, zo wordt al snel duidelijk, over het leven van één van de meeste beroemde en geniale schakers ter wereld; Bobby Fischer.
Het is juli 1972. De Koude Oorlog tussen de grootmachten - de Verenigde Staten en de Sovjetunie - is nog in volle hevigheid bezig. En niet alleen op politiek vlak, ook met het schaken komt deze strijd naar boven. De wereldkampioen was de Rus Boris Spassky. Als in Amerika Bobby Fischer elk toernooi moeiteloos wint, kan een match tussen deze twee schaakgenieën niet uitblijven. Na veel gedoe wordt besloten deze in Reykjavik, IJsland te houden, als een brug tussen de twee landen. Fischer weigert eerst te komen, maar na het verhogen van het prijzengeld komt hij op het laatste moment toch opdraven. De eerste rondes verlopen voor Fischer desastreus. Heel Amerika is aan de buis gekluisterd als Fischer zich volledig terugvecht in de volgende rondes. Tot Spassky zich na een flinke achterstand gewonnen geeft en de wereldtitel moet afstaan. Als Fischer op 29 jarige leeftijd eenmaal wereldkampioen is, valt hij in een enorm zwart gat. Hij wordt depressief en is kort lid van een religieuze, anti-semitische sekte. De paranoia van het schaakbord slaat nu over naar zijn echte leven.
bobby fischer against the world
Documentairemaakster Liz Garbus gebruikt de match van 1972 als rode draad in de film. Het verhaal over de aanloop naar en de wedstrijd zelf ontrolt zich als een echte thriller. Hier tussendoor monteert ze interviews, foto's en archiefmateriaal die het leven van Fischer voorafgaand aan de match laten zien. Aan de hand van al zijn eigenaardigheden, angsten en zijn ongeëvenaarde schaakkennis wordt teruggegrepen naar zijn jeugd en zijn carrière in de schaakwereld. Deze manier van a-chronologisch een verhaal vertellen, pakt sterk uit. Zijn excentrieke gedrag rond het kampioenschap van 1972 wordt zo langzaam maar zeker verklaard. In 1975 wordt hij uitgedaagd door de jonge schaker Karpov, die Spassky heeft verslagen. Fischer stelt zulke extreme eisen, dat de match uiteindelijk niet doorgaat. Tenslotte is er in 1992 een re-match tussen Fischer en Spassky in Joegoslavië. Hij overtreedt hiermee de Amerikaanse boycot tegen dit land en is meer welkom in de Verenigde Staten, waarna hij asiel krijgt in IJsland. Hij overlijdt in 2008, volstrekt alleen.
Er ontstaat zo een goed beeld van iemand die volstrekt opgaat in zijn enige doel in het leven: schaakkampioen worden om daarna een weg naar beneden in te slaan. Fischer verandert van een genie in iemand die door zijn doen en laten iedereen van zich afstoot. Niet alleen de interviews en archiefbeelden, ook de muziek wordt op een mooie manier toegepast. Nergens melodramatisch, maar wel een goed bindmiddel tussen de verschillende periodes.
Conclusie
Bobby Fischer was een excentriek iemand. Het goede aan Bobby Fischer Against The World is dat er op een heldere manier een link wordt gelegd met zijn jeugd en zijn opvoeding om, samen met zijn genialiteit, zijn gedrag te kunnen verklaren. De mengeling van tijden pakt verrassend goed uit. Naast een inzicht in zijn gedrag is ook zijn einde al in een vroeg stadium pijnlijk zichtbaar.
Delen met