Achilles and the Turtoise is het derde en tevens laatste deel in het drieluik waarin filmmaker Takeshi Kitano zichzelf als artiest probeert te ontleden. Na voorgangers Takeshis' en Glory to the Filmmaker! waarin Kitano naar zichzelf keek als filmmaker, wordt in Achilles and the Turtoise Kitano als kunstenaar kritisch onder de loep genomen. Aan alles komt een eind. In dit geval eerder een opluchting dan een teleurstelling.
Regisseur Takeshi Kitano (genaamd Beat Takeshi wanneer hij acteert) is naast zijn film en tv werkzaamheden, ook een succesvol schilder. Zijn werk is niet alleen te zien in zijn films, maar ook meer dan eens in musea en galerieën. Maar wat is kunst vraagt hij zich af in Achilles and The Turtoise ? Volgens Kitano wordt de kunstwereld namelijk gerund door geldbeluste schurken die bepalen wat mooi is en wat niet. Of beter gezegd: wat verkoopt en wat niet. Hoofdpersonage Machisu Kuramochi schildert en doet daarnaast niet veel anders. We zien hem in drie fasen van zijn leven: als veelbelovend takentvol kind, onzekere student en uiteindelijk gefaalde man op leeftijd (deze laatste rol wordt door Takeshi zelf gespeeld). Tragische gebeurtenissen en wrede omstandigheden weerhouden hem er niet van zijn allesverslindende passie door te zetten. De kunstwereld blijft voor Machisu nietttemin onbereikbaar en weigert keer op keer zijn kunstwerken (ook na talloze pogingen zichzelf te vernieuwen). Is kunst dan misschien toch niet de roeping van Machisu en is onvoorwaardelijke liefde misschien wel de ultieme kunst, zijn vragen die in de film beantwoord worden.
Dat Kitano voor zijn drieluik het woord subtiliteit in zijn vocabulaire al had weggetipp-ext, werd duidelijk in de eerste twee delen. Dat hij daarvoor in plaats met dikke stift de woorden naargeestig, bot, wreed en insipide heeft neergekrabbeld, wordt met Achilles and the Turtoise pas duidelijk. Wat een misbaksel van een film. In eerder werk van Takeshi, Kikujiro en Hana-bi bijvoorbeeld, zit schoonheid en humor nog verstopt. Achilles and The Turtoise forceert zichzelf en kijker beide, met een aanzienlijke dosis lach-of-ik-schiet humor en clowneske slapstick. Er zijn maar weinig dingen meer ergerlijk dan een film die zichzelf de positie toekent je te kunnen vertellen wanneer iets grappig is. De constante stroom aan voorspelbare grappen doet je bijna verlangen naar moppen over vliegen in de soep. Plaatsvervangende schaamte en onbehagen overheersen elk gevoel van sympathie. Karakters gaan om de haverklap dood (wat geen zwaar gemis aangezien diepgang en menselijkheid ontbreekt bij de meeste). De ultieme belediging is toch wel de overdreven dramatische Hollywoodiaanse muziek die zo krampachtig probeert je emoties mee te kunnen slepen. Net als met alles in de film, struikelt ook dit over eigen overdaad. Het mierzoete einde, wat zo uit de lucht komt vallen, is de kers op dit van der Valk schaaltje appelmoes.
Laten we hopen dat Kitano met deze zelfrefexieve trilogie dat wat hij kwijt moest, kwijt is. Denkend aan eerder werk, blijft er de stille hoop dat er ooit weer een mooie film Kitano's handen zal verlaten. Achilles and the Tortoise kan je dan ook beter laten passeren.
Vertoningen tijdens het International Film Festival Rotterdam
Woensdag 28 januari 21:30 Pathé 1
Zaterdag 31 januari 21:45 Schouwburg Grote Zaal
Lees ook onze andere IFFR recensies .
Titel | Achilles and the Tortoise | |
Genre | Komedie | |
Regie | Takeshi Kitano | |
Cast | Takeshi Kitano, Kanako Higuchi, Kumiko Aso, e.a. | |
Première | IFFR 2009 |